Help, mijn kind heeft wagenziekte!

Heeft jouw kind last van wagenziekte of hoogtevrees?
Heeft het moeite met traplopen of vindt het de roltrap echt niet leuk?
En kan het met zwemmen net zijn hoofd boven water houden en is dit al heel lang het geval?
Dan is de TLR misschien nog actief. Deze blog gaat over de TLR.

TLR is het. Dit reflex bestaat uit 2 varianten. Een voorwaarts- en een achterwaarts reflex.
Het voorwaartse reflex: wanneer het hoofd naar voren buigt wil het lijf zich klein maken en duikt als het ware in elkaar.
Dit voorwaartse reflex zie je goed tijdens de zwangerschap. Tijdens de zwangerschap zorgt de voorwaartse TLR ervoor dat de baby heerlijk in een foetushouding kan trekken wanneer het hoofdje de baarmoederwand raakt. In deze houding kan de baby goed groeien.
De achterwaartse reflex: wanneer het hoofd naar achteren ‘knikt’ zal de rug verstijven en zelfs naar achteren hol trekken. De benen strekken zich stijf uit, met de tenen gestrekt, en de armen buigen en laten de handen zich op krullen tot een vuist. Soms zijn ook de armen helemaal gestrekt.
De achterwaartse TLR zorgt ervoor dat de baby zijn armen en benen strekt wanneer het hoofd de spildraai maakt tijdens de bevalling en zo gemakkelijker door het geboortekanaal kan.

Wanneer een baby een aantal maanden oud is kan het zijn hoofd omhoog houden wanneer het op zijn buik ligt. Dit reflex zorgt ervoor dat de baby de spieren
van de romp en de stevigheid van de nek versterkt om het hoofd recht te houden. Het brein krijgt controle over het hoofd richten. Wanneer de TLR actief is kost het heel veel moeite om te kruipen. Vaak beginnen baby’s dan te tijgeren.
Integratie van dit reflex is belangrijk voor andere reflexen. De TLR regelt namelijk ook het evenwicht. Om bewegingen soepel te laten lopen heb je een goed evenwicht nodig. Jouw hoofd moet onafhankelijk van de rest van je lichaam in alle richtingen kunnen bewegen.
Wanneer de TLR nog actief is heb je moeite met de richting van bewegen. Door het gebrek aan controle over je hoofd kunnen je ogen minder goed functioneren en wordt jouw visuele informatie over de ruimte waarin je bevindt onbetrouwbaar. Je ogen moeten het evenwicht van de rest van je lichaam compenseren. Je hebt geen vast referentiepunt in de ruimte. Hierdoor wordt het moeilijk om afstand, ruimte, snelheid of diepte te schatten. Het is dan ook lastig om links van rechts of voor van achter te onderscheiden.

Kenmerken bij kinderen of de TLR nog aanwezig is:

  • moeite met rechtop staan en het hoofd recht houden
  • zwakke houding, snel ingezakt
  • moeite met aan tafel zitten; hangt op tafel, zit onderuit gezakt, zit op de benen
  • zwak evenwicht
  • wagenziek
  • hoogtevrees
  • traplopen, voetje voor voetje en de leuning vast houden
  • vinden roltrappen vaak niet fijn
  • tenenlopen
  • gespannen spieren of juist slappe spieren
  • hekel hebben aan gym en andere lichamelijke activiteiten
  • moeite met oog richten en oogbewegingen
  • moeite met lezen en schrijven
  • moeite met boven, onder, links, rechts, voor, achter (soms spiegelen tot gevolg)
  • zwakke oriëntatie en ruimtelijk inzicht
  • moeite met onthouden en aanleren van logische volgorden (dagen van de week, klok kijken, plannen en organiseren van dagelijkse taken)
  • moeite met zwemmen (onder water zwemmen gaat beter dan boven water omdat ze onderwater geen zwaartekracht ervaren)

Wil je weten of de TLR nog aanwezig is:
Laat je kind staan met de armen langs het lichaam. Laat het kind het hoofd buigen naar de borst en daarna het hoofd omhoog brengen naar het plafond. Laat dit 3x doen.
Kijk naar het evenwicht en de spierspanning van je kind. Wanneer het veel wiebelt of erg gespannen staat is de TLR nog aanwezig.

Is de TLR nog aanwezig?
Neem dan even contact op. Ik geef wat beweegoefeningen die jij met jouw kind kan doen.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *